Sankt Hans Aften is een van de meest populaire vieringen in Denemarken. Het tijdstip in het jaar, 23 juni, is ook bij uitstek geschikt om het buiten te vieren.
St. Hans avond is de avond voorafgaande aan St. Hansdag op 24 juni. De dag is vernoemd naar Johannes de Doper, maar de viering heeft een voorloper naar pre-christelijke tijden en opvattingen.
Van oudsher werden er op diverse tijden in het jaar vuren ontstoken om de boze geesten te verdrijven. Denk in Nederland aan het paasvuur.
De St. Hansviering heeft te maken met de zomerzonnewende, het moment van de langste dag op 21 juni, waarop de natuur in volle kracht en pracht staat en waarna de dagen weer korter beginnen te worden.
Bij de viering hoort het branden van een vuur. Vuur wordt van oudsher beschouwd als afweer- en verdelgingsmiddel voor boze geesten, die vooral 's avonds en 's nachts actief zijn. Daarom worden de vuren ook op de avond voor de 24e juni aangestoken en niet overdag op 24 juni.
Men hoopte vroeger met het vuur niet alleen de boze geesten te verdrijven, maar ook vruchtbare grond te bewerkstelligen. Men dacht dat het land waar het vuur op scheen vruchtbaar zou worden door het schijnsel. Daarom wordt voor de brandstapel meestal een hoge plaats in het landschap uitgekozen. Maar ook het strand is populair, zoals te zien is op een schilderij van P.S.Krøyer Sct. Hansblus på Skagens Strand uit 1903 dat in het museum van Skagen hangt. In het midden van het schilderij met stok in de hand en een hoed op staat de schilder en dichter Holger Drachmann, de schrijver van de 'Midsommervise', een veel gezongen Sankt Hans lied.
In de jaren 20 van de vorige eeuw werd in Denemarken het fenomeen van de heksenverbranding toegevoegd. Er werd een pop gemaakt die een heks moest voorstellen. De pop werd op de brandstapel gezet en mee verbrand. Alhoewel de heks doet denken aan het barbaarse gebruik van het verbranden van mensen op brandstapels die door de bijgelovige goegemeente beschuldigd werden van hekserij of door de katholieke kerk beschuldigd werden van het hebben van verkeerde geloofsopvattingen, heeft het toch niet die betekenis. De heksenpop symboliseert het kwaad. Het vuur dat aangestoken wordt op Sankt Hans Aften is geen afstraffing voor booswichten, maar bedoeld als bescherming tegen boze machten.
Het gebruik een een heks voorstellende pop te verbranden was al langer bekend in Duitsland en is waarschijnlijk door Duitse arbeiders in Denemarken ingevoerd.
Ook tegenwoordig wordt Sankt Hans Aften nog steeds gevierd met vuur en gezang. Een veel gezongen gezang is het vaderlandslievend lied van Holger Drachmann uit 1885, waarin het aloude Sankt Hans fest wordt bezongen. Meestal hoort er ook een toespraak bij van een (lokaal) bekende persoonlijkheid.