Zeldzame dieren in Denemarken

Het mag dan zo zijn dat Denemarken niet kan pronken met Leeuwen en olifanten, maar toch vind je zeldzame dieren in de Deense natuur. Hieronder vijf voorbeelden, aangereikt door Politiken.dk.


1. De grijze zeehond op Christiansø


Grijze zeehond


De grijze zeehond is zeldzaam in Denemarken. Hij kan drie meter lang worden en 250 kilo wegen en is dus een stuk groter dan de zeehonden die we gewend zijn. De grijze zeehond heeft een kolonie gesticht op Christiansø en op Frederiksø, twee eilandjes aan de noordoostkust van Bornholm. Ze eten onder andere kabeljauw en daar zijn er veel van in de zee rondom Bornholm. Heel bijzonder is het om de dieren 's avonds in koor te horen huilen.

2. Zeearenden langs de meren van Maribo



Het is altijd een bijzondere belevenis een arend te zien. Zeearenden beginnen gewoon te worden in Denemarken en je kunt ze op verschillende plaatsen zien. Maar een mooie plek zijn de meren bij Maribo, midden op Lolland. Vooral in de buurt van Søholt is er een grote kans dat je zeearenden te zien krijgt, zeker als het wat waait, want zeearenden vliegen graag met wind onder de vleugels. Bovendien is de omgeving prachtig en zul je er zeker veel andere dieren tegenkomen.

3. De hazelmuis in Zuid Funen



De hazelmuis is een knuffelig beestje, dat nauwelijks op een muis lijkt. Hij lijkt veel meer op een hamster. Het is heel lastig om een hazelmuis te zien te krijgen. In Denemarken is de kans het grootst in de bossen op Zuid Funen. Ze zitten in dichte begroeiingen van bijvoorbeeld hazelaars en struiken. De hazelmuis komt namelijk nooit op de grond. Hij gaat van boom tot boom of van struik naar struik en komt niet op plekken waar het bos te open is. Ze bouwen kogelronde nesten van 1 tot 3 meter hoog. Tijdens hun winterslaap kun je ze er heel voorzichtig uithalen, ze slapen gewoon door.

4. Edelherten in West Jutland



Edelherten zijn op diverse plaatsen in Denemarken te zien, maar de edelherten in Dyrehaven ten noorden van Kopenhagen tellen niet mee, die leven niet echt in het wild. Echt in het wild vind je ze bijvoorbeeld in West Jutland. Een kansrijke plek daar is bij Grærup Langsø tussen Blåvand en Ringkøbing. Overdag houden ze zich op in het bos, maar 's avonds komen ze in het open veld en burlen ze tegen elkaar. Als je aan de weg staat en uitkijkt over het meer zie je een stuk open land tussen de weg en het meer. Hier verzamelen ze zich in grote groepen. Hun gebrul is kilometers ver te horen.

5. De roodbuikpad bij Knudshoved

De roodbuikvuurpad is, ondanks zijn naam, een kikker en een zeldzame soort in Denemarken. Hij komt niet voor in Nederland, wel zijn neef de geelbuikvuurpad. De kikker komt op een aantal plekken in Denemarken voor, deels uitgezet via een kweekprogramma. Een goede plek is Knudshoved Odde, een 15 kilometer lange landtong ten westen van Vordingborg, zuidwest Sjælland. Het grootste deel van de landtong is alleen lopend of fietsend te bereiken, maar de beloning is een mooi stuk natuur. En als je geluk hebt zie je de roodbuikvuurpad. Zijn bovenkant is zwartbruin, zijn buik is oranje. Hij houdt zich op in poelen. En op een zomeravond kun je ze zeker horen roepen.