Martin A. Hansen (1909-1955) wordt beschouwd als
        een van de belangrijkste Deense dichters en schrijvers van het midden
        van de 20e eeuw. Opgegroeid in een religieus miljeu, opgeleid
        tot leraar in 1930, debuteerde hij in 1935 als schrijver met een roman
        in sociaal-realistische stijl. Tijdens de oorlog maakte hij deel uit van
        het verzet en schreef artikelen in illegale bladen tegen het nazisme,
        waaronder een artikel waarin het likwideren van verraders werd
        gelegitimeerd. Tijdens de oorlog gaan zijn werken over in een meer
        experimenterende, modernistische stijl. In 1950 verscheen Løgneren, dat
        beschouwd wordt als zijn hoofdwerk en een hoofdwerk in de Deense
        literatuur. Het was oorspronkelijk geschreven als radiofeuilleton en als
        zodanig op de radio uitgezonden. In 1984 verscheen bij Meulenhoff een
        Nederlandse vertaling door Gerard Cruys onder de titel De leugenaar.
 
Martin Hansen heeft altijd geworsteld met de
        lichte en donkere krachten in zijn karakter, een worsteling die ook in
        zijn werken naar voren komt. Kunst was een ziekte die de kunstenaar
        verteerde en tegelijk de perceptie van de kunstenaar scherpte. Zoals hij
        zelf schreef in zijn dagboek:
"Kain vluchtte en ontmoette een vrouw van
        onbekende herkomst, een vrouw niet geschapen door die oude, strenge en
        simpele schepper, waar ons over is verteld. Met haar stichtte Kain een
        ras besmet met de last van artistiek inzicht. Slechtst weinigen die een
        vel papier kopen en een schrijfmachine huren om in drie maanden tijd een
        onsterfelijk werk te schrijven beseffen dit. Maar de Ouden wisten het.
        De dichter berijdt Pegasus, de zoon van Medusa de verschrikkelijke, naar
        wie niemand kan kijken zonder in steen te veranderen. Medusa de
        verschrikkelijke sluimert achter de sluier van de poezie."
 
Hansens opvatting was dat men niet moest
        beginnen met vooropgestelde formuleringen, maar met ervaring. In die zin
        was hij existentialist. En voelde hij zich verantwoordelijk, want
        verantwoordelijkheid valt niet te ontlopen, hoe zinloos de wereld ook
        lijkt. Ook al leidt dit tot lijden en verdriet. Door deze inzichten
        ontsnapte Hansen aan zijn nihilisme. 
Het is deze innerlijke strijd die hem tot
        schrijven dreef. 
 
Jan Baptist, maart 2008
 
Bronnen:
        Dansk Litteratur Historie, deel 4